donderdag 30 juli 2015

Grote top en kleine top

Ik ben helemaal gewend aan de moderne communicatiemethoden. Ik doe aan facebook, Linkedin en heel soms doe ik zelfs een twittertje.
Ik ben totaal verslingerd aan mijn laptoppie, hoewel hij zelden op mijn lap zit. Wat dat betreft zou je hem beter een eetkamertafeltoppie kunnen noemen. Hij is nog redelijk groot, wat een voordeel is voor mijn leesbrilbehoeftige ogen. Maar zijn formaat maakt het niet makkelijk hem naar heinde en verre mee te nemen.
(Gek he? Je hoort altijd dat ze van heinde en verre komen en nooit dat ze er heen gaan.)

Om mijn klanten overal van dienst te kunnen zijn hebben wij een 2 in 1 geval aangeschaft. Toetsenbordje eraan en je hebt een toppie, toetsenbordje eraf en je hebt een tablet.Helemaal gelukkig ben ik ermee en hij past zonder problemen in een beetje royale handtas. Ik moet er natuurlijk aan wennen en omdat ik uit macht der gewoonte mijn eetkamertafeltop inschakel, zit ik hier heel bereikbaar te zijn.

Mijn hybride apparaatje is nu ook een topje en staat links van me. Grote top staat recht voor me en ik lees de binnenkomende mail op mijn telefoon.

Dus zeg niet dat ik niet met de tijd meega, hoewel ik moet bekennen dat mij bij onbegrijpelijke technische storingen een plotselinge aanval van heimwee naar de pen en blocnote kan overvallen.

Maar over het algemeen mail en app ik er vrolijk op los.

Er is één communicatie methode waar ik niet aan kan wennen en dat is chatten. Voordat ik Herman had gevonden had ik weleens een vent aan de chat.
Vreselijk vond ik, het chatten zelf ging me al gauw vervelen maar de grote problemen dienen zich pas aan bij het beëindigen van zo'n tikgesprek. 

Tijdens het gesprek, als Jantje, Pietje of Klaasje zat te tikken, wilde ik intussen iets anders doen. Even iets inschenken of gauw even plassen of zo. Voor ik in de keuken of bij het toilet was, zei Jantje of Pietje of Klaasje "PLING" en aangezien ik het niet beleefd vond de man in kwestie te laten wachten, rende ik gauw terug om te antwoorden. Met dorst en een volle blaas.

Die conversaties duurden en duurden maar. Het grote voordeel vond ik wel dat ze je niet horen Dus als ik het echt spuugzat was tikte ik gauw: "er is iemand aan de deur, doei" , dan moet je wel meteen off line. Want anders "PLING" - wie was daar? en kom je nog terug? ikw8 wel ff- 

Nee dus, en dat las ik pas de volgende dag, dus geen probleem.
Ik heb eens een kandidaat aan te telefoon gehad, het gesprek begon leuk. En toen zei meneer :"laten we maar gauw afspreken, want ik heb de pest aan schatten en mallen".

Mijn bereik was acuut weg (haha), ik heb nog een paar keer "hallo" geroepen en toen maar opgehangen.

(Gek dat ik nog steeds zeg "opgehangen" hij belde mobiel dus ik heb gewoon de uitknop ingedrukt,)

Want, wees eerlijk, je gaat niet uit met iemand die niet van schatten en mallen zegt te houden.

vrijdag 24 juli 2015

Lof en Prei

Het wordt boos weer vanavond en ik ben moe, dus ik heb met Carlie vrij vroeg de laatste ronde gedaan. Het regende een beetje en het was lekker rustig op straat. Op de terugweg kom ik langs De Spin,
Het heeft jaren geduurd voordat ik wist dat het speeltuig van touwen "de spin" heette. Ik loop altijd met de honden op eerbiedige afstand van de spin. Dat is voor kinderen.

Tussen de spin en het pad waar ik loop is een grasstrook. Daar waren twee jongetjes aan het voetballen. Tot zover niets bijzonders, niets waar ik jullie mee zou lastig vallen.

Ware het niet dat ik, terwijl Carlie een snuffelsessie hield, de conversatie tussen de mannetjes opving. Ik denk dat ze een jaar of 7 zijn.

Heel komisch, terwijl ze de bal heen en weer schopten voerden ze het volgende gesprek:

"Mijn neef is jarig vandaag"

"Oh leuk, hoe oud is hij nu?"

"Hij is alweer vier"

"Van harte gefeliciteerd"

"Dank je wel."

Op zich een normaal gesprek, maar tussen twee voetballende jongetjes vond ik dit beleefde gesprek uitermate komisch.

Ik dacht terug aan mijn broertje Hans. toen hij klein was en hele middagen speelde met ons buurjongetje Kees.

Hans en Kees zijn redelijk stoere jongensnamen. Maar Hans en Kees noemde elkaar tijdens het spel altijd Piet. Waarom? Dat was me toen niet duidelijk en zal wel altijd een raadsel blijven.

Op een middag speelden ze een onduidelijk maar gevaarlijk spel.

Kees tegen Hans: "Zeg Piet".

Hans tegen Kees " Ja, Piet?"

Kees tegen Hans: "Ga jij even op de loer staan, Piet"

Hans tegen Kees: "Dat is goed, Piet"

Hans keek om zich heen, pakte een eetkamerstoel, klom erop en zei tevreden: "dan was dit de loer".

Het is natuurlijk jaren geleden, maar altijd als ik die uitdrukking hoor "op de loer staan", zie ik Hans en Kees of eigenlijk Piet en Piet weer voor me en dan denk ik: "dan was dit de loer".

Toen ik vier was zat ik op een zeer christelijk kleuterschooltje, elke dag begon en eindigde met gebed en gezang. Een van de liederen eindigde met de volgende zin: "Tot des heeren lof en prei".

Ik vond het een prachtig lied en zong het de hele dag door. Talloze malen werd ik verbeterd.
Het is tot des heren lof en prijs, Mariannetje.
Ik was een kleuter, maar ik weet nog hoe stom ik die mensen vond.
Lof en Prijs, dat is niets. Lof en Prei lagen naast elkaar bij  onze Groenteman in de 1e Jacob van Campenstraat in de Pijp in Amsterdam.

Grote mensen, ze zijn zo onlogisch.








zondag 19 juli 2015

Is er leven na de dood?

Op het moment van onze geboorte ligt alles nog open. We moeten alles nog doen, de kleuterschool en de lagere school (tegenwoordig is dat samen de basisschool). Dan moet er een keuze gemaakt worden voor je vervolgopleiding. Als je mazzel hebt krijg je daar zelf ook wat inspraak in, anders zijn het je ouders en leerkrachten die uitmaken hoe slim je bent en zodoende je toekomst beïnvloeden.

Tussen het gedoe van de scholen door heb je ook nog de kinderziekten, de kapotte knieën, de pesterige klasgenootjes en daarna de hormonen.

Vervolgens moet je beslissen met wie je de rest van je leven in een huis gaat wonen en lief en leed mee gaat delen. Als je het goed doet is deze beslissing éénmalig. Als je het minder handig hebt aangepakt moet je dat traject nog een keer door.

Ik zal maar zeggen, het sjabloon ligt klaar, we moeten het zelf samen met het leven invullen.
Je neemt wel eens een verkeerde beslissing, de gevolgen moet je later dan weer rechtbreien. Je kunt bijvoorbeeld je gezondheid  wel een beetje beïnvloeden. Je begint met roken (foute beslissing), je raakt verslaafd (gevolg) en je bent er na één of meer stoppogingen eindelijk vanaf (rechtbreien).
Dit was een voorbeeld. Hetzelfde geldt voor drinken en verkeerd eten (een frikadel in plaats van Tofoe bijvoorbeeld). Maar je kunt ziektes en ongelukken niet helemaal voorkomen.

Om er maar eens een cliché in te gooien: "De enige zekerheid in het leven is de dood". Dat is zo en dat is soms een troostrijke gedachte.

Als het leven erg tegenzit, als je liefdesverdriet hebt, als je ontslagen wordt, als je kat overlijdt of als je het gevoel hebt dat iedereen tegen je is, is het lekker om te denken: "over 75 jaar hebben we allemaal schelpies op ons kop".

Dus dat ons leven hier op aarde eindig is staat vast. De manier waarop we dit leven verlaten moeten we afwachten. Gelukkig vond ik vanmorgen een nieuwe test op facebook. Door het beantwoorden van een paar simpele vragen ben je van deze onzekerheid af. Ik ga overlijden op een manier die ik nooit had kunnen bedenken. Omdat ik jullie daarna niet middels een blog op de hoogte kan brengen doe ik het nu vast:


Jij zult overlijden omdat

een piano op je hoofd zal vallen!

Op het ene moment sta je gewoon op de stoep een fijn praatje te houden, en het volgende moment valt er een enorm instrument op je hoofd. Maar je moet het van de positieve kant proberen te bekijken - je wordt duidelijk de beste pianist wanneer je naar de hemel gaat! Het zit namelijk in je bloed!
Ik ben nu volkomen a-muzikaal, maar dat verandert na een fijn praatje op de stoep. Er landt een piano op mijn harses en ik ben kassiewijle en een pianovirtuoos, ik denk dat Pim Jacobs zit te wachten.
Samen met Louis en Pieter zijn we dan met recht de gevleugelde vrienden.

Geef  maar vast verzoeknummers op, dan kan ik jullie met je lievelingsdeuntje verwelkomen.
Ik wilde me vanmiddag verdiepen in de nieuwste verplichte hypotheekopleiding, maar ik ga eerst maar noten leren. Dat verwacht Pim vast van me.


woensdag 15 juli 2015

Druppels

Denken jullie wel eens aan plastische chirurgie? Ik wel, ik denk niet aan extreme verbouwingen, maar ik zou mijn ogen wel willen liften. Denk ik. Als ik dat gedoe op de televisie zie en aan de periode denk direct na de operatie, haak ik af.
Ik heb niet de tijd om een paar weken zonder lenzen in huis door te brengen terwijl de bloederige wondjes langzaam wegtrekken.
Ik smeer wel wat extra, de ene dag meer dan de andere. Dat hangt af van de mate van vermoeidheid.

Ik had een vriendin die nogal naar een cosmetische operatie verlangde. Ze was totaal niet tevreden met zichzelf .Ze had het allemaal wel zo gedraaid dat ze een medische indicatie had. Dan betaalt de verzekering. Ze had een ingewikkelde operatie ondergaan. Haar leden waren gelift, haar oorlellen ingekort ( ze had een beetje last van hangende lellen) en haar "snuitje" was gladgetrokken. Na de operatie kon ze even niets. Ze kon haast niet praten en helemaal niet lachen. En uiteraard niet werken, maar daar zat ze nooit zo mee.
Wekenlang bewoog ze zich als een streng in de leer zijnde moslima door Almere.
Ik opperde nog dat een boerka een snellere en pijnlozere oplossing voor haar probleem was geweest.

Nadat de wonden genezen waren zag ze eruit als een lappendeken. De verzekering had haar namelijk geen budget gegeven voor het straktrekken van haar wangen. En die leken nog rimpeliger bij de strakgetrokken leden en het gladgestreken snuitje.

Zij dacht dat het leven anders zou zijn als ze glad, mooi en jong zou zijn. En zo werkt het niet. Het belangrijkste is dat je je lekker voelt met jezelf, dat je lol hebt in het leven en dat bereik je niet middels een operatie. Of die operatie nou vergoed wordt door de verzekering of niet.

Misschien heb ik makkelijk praten, ik ben niet blij met alles wat mij middels erfelijkheid is toebedeeld, maar ik ben wel blij met de anti-rimpel huid die ik van mijn oma en moeder meegekregen heb.

Ik verzorg mijn huid, ga regelmatig naar de schoonheidsspecialiste en laat mijn haar gefaseerd lichter worden, dat moet van onze kapster Veronique. Dat past beter bij mijn leeftijd.

Behalve mijn oogleden ben ik best wel tevreden en als ik Marijke Helwegen zie, neem ik mij voor om mij nooit aan een cosmetische operatie te onderwerpen

Borstvergroting, ook zoiets waar ik me niet in hoef te verdiepen. Ik ben goed bedeeld en hoef geen brossie op te doen om aan te duiden wat de voorkant is.

Vanavond las ik een interview met een tv persoonlijkheid. Zij is veertig en had weer een borstoperatie ondergaan. Niet omdat ze grotere borsten wilde maar omdat ze druppelvormige borsten wilde. Ze had ronde, maar druppelvormige passen beter bij haar leeftijd.

Ik vind absoluut dat je je kapsel een beetje bij je leeftijd aan moet passen, ik vind ook dat ik mijn middelbare lijf niet in een minirok moet hijsen. Ik draag bijvoorbeeld ook geen bloesje met pofmouwtjes en zo kan ik nog wel wat dingen noemen.

Maar ik heb er potverdorie nooit aan gedacht de vorm van mijn borsten aan te passen bij mijn leeftijd. De druppelvormige fase ben ik vermoedelijk al voorbij. Daarbij kan ik me geen voorstelling maken van druppelvormige borsten. In mijn geval zou je eerder spreken van enorme hagelstenen. En wat moet je op je vijftigste? Is daar ook een bepaald modelletje voor?

Weet je, ik doe helemaal niets. Ik kijk af en toe in de spiegel en dan bedenk ik dat er heel veel mooier zijn, maar nog veel meer lelijker.

Druppelvormige tieten? War een onzin.





zaterdag 4 juli 2015

Spullen

Er is iets raars met spullen. Allereerst vind ik spullen al een raar woord. Het is zo vaag en veelomvattend, vinden jullie niet?

Het is al een hele tijd geleden dat ik mijn ouderlijk huis verliet en vanaf de start van je zelfstandigheid ga je, moet je spullen verzamelen.
Je hebt natuurlijk je persoonlijke spullen, maar ik wil me nu even richten op de huishoudelijke spullen. Vroeger hadden sommige meisjes een hele uitzet. Je moest voor het huwelijk de keukenzooi en de linnenkamer op orde hebben. Ik heb dat nooit zo begrepen, maar dat lag en ligt aan mij. Er waren zelfs meisjes die wel 6 stel lakens en 18 handdoeken hadden, maar nog geen spullenverzamelpartner. Ik vond dat wel bijzonder, hele kasten vol Walra linnengoed en Lagostina pannensets maar geen vent.

Er zijn huishoudelijke spullen die een lang huwelijk meegaan. Stel, je trouwt op je twintigste, je blijft bij elkaar tot de dood jullie scheidt en stel je wordt 80.
Dan heb je 60 jaar lang lief en leed gedeeld en spullen verzameld.
Bij je verscheiden worden je spullen verdeeld, tussen je erfgenamen, de kringloopwinkel en het grof vuil.
Sommige spullen zijn zo vanzelfsprekend dat je je niet eens realiseert dat je eraan gehecht bent.

Mijn spullenverzamelperiode heeft zich niet beperkt tot één spullenverzamelpartner.
Vanavond maakte ik een maaltijdsalade, daar had ik een grote kom voor nodig. De grootste kom in ons huishouden is een gele Mepal kom.
Die kom is ooit aangeschaft door mijn exman Jan en zijn exvrouw Ada voor op de boot.
Na verkoop van de boot is de kom terechtgekomen in het huishouden van Jan en mij. Bij de scheiding heb ik om één of andere reden die kom meegenomen. Dus nu behoort de kom tot de spullenverzameling van Herman en mij.

Henk en ik kregen als huwelijkscadeau een houten peper- en zoutstel. Bij de scheiding van Henk heb ik dat stel gehouden. Het heeft jaren deel uitgemaakt van de spullenverzameling van Jan en mij. Ik heb dat bij de scheiding van Jan bij hem gelaten.

Raar hè? Het is totaal onbelangrijk, maar het is toch bizar dat Jan het peper-en zoutstel gebruikt dat Henk en ik hebben gekregen en dat Herman en ik de gele kom gebruiken die Ada en Jan ooit hebben gekocht.

Het is trouwens best lastig na een lang huwelijk de noodzakelijke spullenverzameling weer op peil te brengen. Ik heb bijvoorbeeld heel lang gezocht naar de aspergeschiller,
Ik wist zeker dat ik ooit zo'n ding gekocht had. Na lang zoeken kwam ik tot de conclusie dat de aspergeschiller niet aan mij toegewezen was.

Herman bracht een half Wedgwood servies onze spullengemeenschap binnen. Na ons huwelijk hebben we de ontbrekende helft er weer bij gekocht.

Als ik bij Jan ben en ik zie in de keuken het peper-en zoutstel staan, denk ik even aan Henk. En als ik een maaltijdsalade maak denk ik aan Jan.

Het heeft wel wat, een wandeling langs memory lane aan de hand van de inhoud van je keukenkasten.