donderdag 31 oktober 2013

Zwangerschapsverlof

Vandaag is mijn laatste werkdag. Ik zit aan een wonderlijk leeg bureau. Alles is afgewikkeld of overgedragen en de sleutel van kantoor ingeleverd. Vanmiddag zitten we als team nog even bij elkaar en dan ga ik met hetzelfde rare gevoel naar huis als waar ik vanmorgen mee binnenkwam.
Ik denk dat het eerst een lang weekend lijkt, maar als ik eind volgende week nog steeds met hetzelfde weekend bezig ben zal de leegte toeslaan.
Ik ga eerst even bijkomen van de afgelopen spannende tijd en veel met de honden lopen.
Dat was ieders advies de afgelopen weken:"ga lekker met de honden lopen". Ik verwacht dat Casper en Carlie na de volgende week dekking zoeken als ze me zien. Zelfs jonge honden hebben wel eens rust nodig.
Ik vermoed ook dat Herman een herindeling gaat maken van het schema van huishoudelijke klussen, dus ik zal me wel vermaken.
Het is moeilijk om te zeggen: "ik ben ontslagen" of "ik ben werkeloos".  Dus dat ga ik niet zeggen. Daarbij ben ik ontslagen en niet verslagen, ik hoop volgend jaar terug te komen als hypotheekadviseur, de markt trekt aan, we gaan gouden tijden tegemoet.

Ik had net Marjon van Hees van Heldoorn Eggels notarissen aan de telefoon en we ontdekten een gemeenschappelijke frustratie. Als kinderloze vrouw heb je nooit een zwangerschapsverlof gehad.
Ik heb meerdere pups opgevoed. Volgens mij minstens zo arbeidsintensief als een baby, zelfs arbeidsintensiever.
Je baby doe je een pamper om, je pup moet je aldoor naar buiten brengen en uitbundig prijzen voor een plasje of een poepje. En dan nog dien je emmer en dweil binnen handbereik te hebben. 
En zeg eens eerlijk moeders, hebben jullie zuigelingen ooit aan de elektriciteitssnoeren geknaagd? En welke baby had als hobby afstandsbedieningen en leesbrillen mollen?

En heb ik ooit een ikhebeennieuwepupverlof gehad? Welnee, je werkt door ondanks het feit dat je meerdere keren per nacht je bed uit moet, je pup buiten moet zetten en moet jubelen:"grote hond, wat een knappe hond ben jij". Ik verzeker jullie, dat is best moeilijk om drie uur 's nachts.

Deze misstand ga ik nu compenseren. Als iemand me tijdens kantoortijden ziet lopen en zich afvraagt of ik misschien werkeloos ben of zelfs met vroegpensioen, nee dat ben ik niet. Ik compenseer de komende maanden de gemiste zwangerschapsverloven.

Bedankt voor dit briljante idee, Marjon, oma gaat met zwangerschapsverlof.

Ik wil mijn schare stiefkinderen niet tekort doen, Elske, Janwillem, Eric, Caroline en Simone, ik hou van jullie, maar zelfs met zijn allen hebben jullie me nog geen dag verlof opgeleverd.

dinsdag 22 oktober 2013

Uitkeringstrekker

Jullie horen niet veel van me op het moment en dat is niet helemaal aardig van me. Ik heb wel een excuus, ik ben moe, ik ben emotioneel een beetje aan het einde.
In hartepijn heb ik verteld van de onderzoeken die ik op dit moment onderga. Gisteren heb ik een groot deel van de dag in het ziekenhuis doorgebracht. Twee onderzoeken, eerst een echo en daarna een inspanningstest.
In wachtkamers van ziekenhuizen zit je altijd lang te wachten. Daar was ik ook op voorbereid, op lang wachten. Ik had me gezellig met mijn E-reader in zijn zuurstokroze hoesje geïnstalleerd in de smaakvolle wachtruimte van de afdeling Cardiologie van het Flevoziekenhuis. Tot mijn verbazing werd ik ruim voor de afgesproken tijd gehaald, door een vrolijke dame die zich stralend voorstelde als Margot.
Margot begeleidde me een kamer in en sprak met een Gronings accent: "Boovnkleding uit en gaat u maar vast liggn". Ik dacht even aan Peter Huizinga (die kennen jullie niet maar ik wel, dag Peet) en deed zoals opgedragen.
Margot kwam terug en ging aan het werk, ze hield me ook voortdurend op de hoogte van de vorderingen.
Ik lag op mijn linkerzij, Margot zat achter mij en hing gezellig over me heen, ze plakte allemaal koude plakkers op me en zei op een gegeven moment:"Nu ga ik eevn hoorn hoe uw bloed door het hart gepompt wordt".  Nou, dat hoorde ik ook, wat een klereherrie. Ik sprong zowat van die bank af, ik dacht echt dat Casper ergens in een hoek een waterbak leeg stond te lebberen.
Als jullie je wel eens afvragen hoe het klinkt als het bloed door je hart gepompt wordt, nou dat klinkt als een lompe Labradorreu die dorst heeft.
Voor ik het wist mocht ik de opgesmeerde gel met de door Margot verstrekte handdoek even afveegn en daarmee kon ik me aankleedn en in de wachtruimte gaan zitn.

Ik zat net weer met mijn E-reader toen de volgende vrolijke meid zich aandiende, onder leiding van Charlotte moest ik een inspanningstest doen. Ik nam plaats op de homotrainer (zoals mijn oude vriend Piet altijd zei) en begon te trappen, de homotrainer werd steeds iets zwaarder gezet legde Charlotte uit.

Op mijn wanhopige vraag:" hoe lang moet dit?" antwoordde Charlotte guitig::" tot je niet meer kan en dan stapelen we jullie op in de kamer hiernaast". Kind naar mijn hart, die Charlotte, helemaal mijn gevoel voor humor.
Na een minuut of twintig was ik uitgefietst, Charlotte uitgegrapt en ik kon me eerder dan verwacht weer melden bij Herman, die trouw op me zat te wachten.

Dit was allemaal maandag, ik maak me eigenlijk niet zo druk om die onderzoeken.
Dat komt door vorige week donderdag, toen kwam mijn baas binnenlopen, rende meteen mijn kamer in, deed de deur achter zich dicht en zakte in de stoel tegenover me.
Ik zal jullie de letterlijke tekst besparen, maar het kwam erop neer dat hij ontslag voor me had aangevraagd, ik ben het zoveelste slachtoffer van de crisis zeg maar.

Natuurlijk houd je rekening met de mogelijkheid dat je ontslagen wordt, maar echt, het was een klap in mijn smoel, ik maak me zorgen over de toekomst, ik slaap slecht en voel me op kantoor helemaal niet meer thuis.
Ik kan geen nieuwe klanten aannemen, want ik kan het traject niet met ze afmaken. Ben nu nog aan het ruimen, maar wat moet ik daarna?

Natuurlijk gaan Herman en ik het wel redden, natuurlijk ga ik weer werken, waarschijnlijk als ZZPer als freelance hypotheekadviseur, natuurlijk kan ik me dan meer bezighouden met Tekststudio Casper, maar op dit moment ben ik alleen maar moe, ik ben een vermoeide aanstaande uitkeringstrekker.

Echt waar, ik ga binnenkort weer enthousiast aan het bloggen, nu zit ik me, vermoeid en wel, te verwonderen over de discussie over Zwarte Piet.

Of er niets ergers is om je druk over te maken, je uitkering bijvoorbeeld.

vrijdag 11 oktober 2013

DE persoon

Volgens mij heeft ieder gezin, ieder huishouden wel een verzameling vaste rituelen. Bij ons is de vroege ochtend vrij overzichtelijk. Ik ga eerst naar beneden, drink een bak koffie en ga de eerste ronde met Carlie doen. Als wij vertrokken zijn (dat is toevallig en geen voorbedachten rade, hoop ik) komt Herman beneden en gaat met Casper lopen.
Wij zijn het eerste terug en dekken de ontbijttafel (ik voornamelijk, Carlie loopt in de weg voor het geval ik iets laat vallen). Ik vul mijn Barbapapabroodtrommeltje voor tussen de middag en net als ik daar mee klaar ben komen de mannen weer binnen. 
Wij ontbijten samen, met aan elke kant van de tafel een zielige, verwaarloosde en uitgehongerde hond.
Dat is de normale gang van zaken.

Vanmorgen vertoonde Herman bijzonder afwijkend gedrag. Hij liep naar boven, kwam weer beneden en rende weer naar boven. Nu wil je als vrouw niet altijd weten wat zo'n man bezielt. Vaak doen ze dingen om voor ons volstrekt onlogische redenen en dat gedrag kun je maar het beste negeren.
Vanmorgen vond ik hem zo eigenaardig doen dat ik het wel moest vragen: " Wat doe je?".
Wel, mijnheer was zijn telefoon kwijt. Ik begin bij zo'n calamiteit meteen te panieken, te gillen en te schelden, maar Herman gaat rondrennen. Ik deed, wat ik zo'n geval altijd op hysterische toon van hem eis,: Bel me ff.

In mijn geval is dat stom, want ik heb de rinkels thuis meestal uitstaan, maar Herman zijn telefoon staat altijd in de lawaaimodus. Ik heb zijn telefoon een aantal keren gebeld, terwijl we samen het hele huis doorslopen, in de hoop die irritante ringtone te horen. Niet dus. Omdat mannen er nooit van uitgaan dat wij meteen iets goed doen heeft Herman nog een extra nacontrolecheck uitgevoerd met de vaste telefoon.

Het bleef stil. Conclusie, telefoon was niet thuis. We hebben nog wel wat verouderde modelletjes in de keukenla liggen, maar dat is het toch niet helemaal natuurlijk. Dus had Herman geregeld dat vanavond een telefoon bezorgd zou worden. 

Vanavond, na het avondeten (de eerste boerenkool dit jaar, heerlijk hoor schat) werd er aangebeld. Herman was nog het aanrecht aan het afsoppen, dus ik deed open. "Bent u uw telefoon kwijt?" vroeg de man aan de deur.
"Nou ik niet, hij", zei ik met een vaag gebaar richting kamerdeur. "Ja dat ken ik niet zien" zei de man.
"maar ik ga het ff in orde maken en wil u er dan ff voor zorgen dat DE persoon straks klaarstaat met zijn legimitatie?". Dat wilde ik wel beloven, ik zei nog dat DE persoon nog even met het vaatdoekje in de weer was, maar dat hij absoluut binnen 5 minuten met legimitatie paraat zou staan.

Ik lijnde Carlie aan voor de avondronde en voor ons huis zat de man in een wit busje intelligente dingen met de nieuwe telefoon van DE persoon te doen. Toen Carlie en ik weer thuis waren was DE persoon druk bezig met het uitstallen van telefoon en onderdelen op de eetkamertafel.

Jullie geloven het niet, net komt DE persoon naar beneden rennen, slechts gekleed in een grijze joggingbroek. 
Weten jullie wat DE persoon in de zak van zijn grijze joggingbroek aantrof?
Juist. 
De telefoon had in de zak van de joggingbroek in de kast liggen jammeren vanmorgen.
Even afwachten of het nog goed komt tussen de oude telefoon en DE persoon. 
Want nu hebben we een groot dilemma: DE persoon, 2 telefoons en 1 simkaart.

donderdag 3 oktober 2013

Hartepijn

Hebben jullie dat ook, dat je niet over je organen nadenkt zolang ze doen wat ze moeten?
Ik denk nooit "Goh wat doet mijn lever het lekker vandaag". Ik zeg nooit: "Goed zo, alvleesklier, je bent een topper".

Eigenlijk denk ik pas aan al die onderdelen als ze een mankementje hebben. Jaren geleden maakte mijn appendix me op pijnlijke wijze duidelijk dat hij de toekomst met mij niet zag zitten. Dat was niet zo'n drama, operatie, litteken en binnen de kortste keren was ik hem vergeten. Liefde moet van twee kanten komen.

Mijn blaas valt me wel eens op ongelegen momenten lastig, maar verder heb ik tot nu weinig te klagen gehad.

Maar de laatste tijd is mijn hart wat opdringerig aanwezig. Het is best een goed hart en het zit op de goede plaats volgens mij. Er zitten wel wat barsten in en wat littekens maar dat noemt men levenservaring.

Tegenwoordig valt mijn hart me regelmatig lastig met zijn slag, soms klopt en slaat hij opdringerig achter mijn ahabra. Soms is mijn maag solidair en word ik misselijk en ook duizelig. Ik heb het gedrag van mijn hart tot nu toe genegeerd. Slecht gedrag dient genegeerd te worden, dat geldt in ieder geval bij het opvoeden van honden.  Maar afgelopen week op kantoor was mijn hart wel erg lastig en ik kon niet voorkomen dat mijn omgeving het merkte. Mijn topcollega's Linda en Madeleine gedroegen zich onmiddellijk als empathische bejaardenverzorgsters, uiteraard draag ik ze een warm hart toe.
Madeleine heeft me thuis gebracht en ik ben zo verstandig geweest de dokter te bellen. Gisteren naar de huisarts, hij heeft me onderzocht en wat doelgerichte vragen gesteld.
Het bleek dat een aantal andere (tot nu toe genegeerde) klachtjes tot mijn verbazing deel uit konden maken van een groter geheel.

Hij vroeg ook naar de voorouderharten. Mijn moeder is overleden aan een hartstilstand, nu is mijn hartenwens jarenlang geweest niet op mijn moeder te lijken, dus dat laat ik niet gebeuren.
Raar wel dat ik meteen uit ging rekenen hoe lang ik dan nog had. Net of een kwaal die in de genen zit zich bij een volgende generatie in hetzelfde levensjaar zal openbaren. Wel praktisch trouwens, je kunt een aantal zaken beter plannen.

Mijn grootvader had een hartkwaal. Opa was een echte hypochonder, mijn oma kende dat woord niet, dus ze noemde hem gewoon een aansteller. Toen opa naar zijn borst greep en met veel gevoel voor theater stamelde: "Ik zie de dood in de ogen",  haalde oma haar schouders op en zei: "Goed hoor vader, hier heb je een koppie thee" . Het was zijn laatste koppie thee.

Ik heb er een hartgrondige hekel aan als ik mij ziek moet melden terwijl er een paar spoedeisende klussen op kantoor liggen te wachten. Mijn werk ligt mij  nog steeds na aan het hart en als ik mijn hart volg ga ik morgen toch maar naar kantoor.

Volgende week even naar het ziekenhuis, ik kan niet zeggen dat ik mijn hart vasthoud, maar een hart onder de riem wordt op prijs gesteld.

Ach laat ik van  mijn hart geen moordkuil maken: een beetje eng vind ik het wel.

Ik moet wel weer steeds aan mijn goede vriend Jaap denken, hij zei altijd: "Mar, ik heb een zwak hart voor je"