maandag 30 mei 2016

De ideale klant

In mijn vak is de laatste decennia heel veel veranderd en om ons scherp te houden blijven de overheid en de banken zaken verzinnen die toch weer anders kunnen of moeten.

Overgangsrecht

Klanten die al een koophuis met hypotheek hebben moeten aantonen voor hoeveel ze hun huis verkocht hebben of denken te gaan verkopen en ze moeten laten zien hoeveel hypotheek ze nog hebben. Dat is logisch toch? De klant knikt begrijpend. 
In het kader van het overgangsrecht moet de klant ook de IB aangifte van 2012 meesturen. Klant kijkt al moeilijker: "waarom en heb ik die nog en waar is hij?".

Waarom?

Vanaf januari 2013 moet elke nieuwe hypotheek afgelost worden. De klant mag de hypotheek die hij in januari 2013 had meenemen, met een maximum van 50% van de waarde van de nieuwe woning. Dus had de klant een hypotheek van € 150.000,- aflossingsvrij en hij koopt een woning van € 250.000,- dan mag hij daar € 125.000,- aflossingsvrij van lenen. Anders heeft hij geen recht op belastingaftrek.

Hou dat belastingvoordeel maar

Wat nu als de klant niet geïnteresseerd in belastingvoordeel? Zoals mijn favoriete klant van de afgelopen maanden. Zij wilde haar hypotheek verhogen om haar dochter een belastingvrije schenking te doen. Haar huidige geldverstrekker hield vast aan de 50% marktwaarde aflossingsvrij. Ze had niet zo'n erg hoge hypotheek nodig maar ze kwam wel boven die 50%. De fiscus zegt: "dat mag, maar je mag de rente niet aftrekken". Dat hoeft niet zei mijn klant, liever niet aflossen en geen belastingteruggaaf dan een hoger maandlast door het aflossingsschema. Ik heb diverse banken gebeld, ze zijn het met me eens. Maar ze doen het niet.
De norm van de "gedragscode" schrijft voor 50% van de marktwaarde aflossingsvrij, dus een stukje aflossen moet ze.

Marktwaarde

De dochter van deze gezellige dame heeft (mede dankzij de schenking van haar moeder) een hypotheek nodig van minder dan 50% van de marktwaarde. Bij haar inkomen hoort volgens de bank (was ik het ook niet mee eens, maar dat is een ander verhaal) een hypotheek die € 2000,- lager ligt. 
Onzin en weer in discussie met de bank. Ik heb ze gevraagd uit te leggen hoeveel risico ze lopen met een hypotheek die ver onder de marktwaarde ligt. "Dit is het beleid" was het antwoord en daar moet je het mee doen. 
We doen het ermee, maar ik wind me wel op over de starheid.
Ze wilden ook dat de dochter een overlijdensrisicoverzekering sloot, die als zekerheid voor de bank kon dienen. 
Ik had een verzekering aangevraagd omdat het in deze situatie bij deze klant tot mijn zorgplicht hoort dit te adviseren. Maar daar heeft de bank niets mee te maken.
Alles wat de klant meer leent dan 80% van de marktwaarde moet afgedekt worden door een verzekering, dit mooie meisje leent 48% van de marktwaarde.
Ik kreeg een rappel met het verzoek de polis op te sturen. Dan moet je weer bellen, je dient dan eerst je telefoon aan de lader te leggen want tegen de wachttijden bij de banken is mijn batterij niet bestand. Uiteindelijk krijg je te horen: "Oh, nu begrijp ik het, ik vraag het nog even aan mijn collega, ja hoor, je hebt gelijk, ik haal het uit de lijst aan te vragen stukken".

Mijn ideale klant

Ik heb het druk, te druk en teveel met overbodige zaken. Zoals dagelijks diverse banken bellen om te smeken om een antwoord of een finaal akkoord. Ik kreeg van een vriendin die ik zeer waardeer het advies een profiel op de te stellen van de ideale klant. Op een bepaald moment moet je onder ogen zien dat je niet alle klanten kunt bedienen. Dus je moet een keuze gaan maken, zoals de klant voor een adviseur kiest. 
Ik had het niet  bedacht maar ik ga me er wel in verdiepen. Op internet vind je er van alles over. Je moet een profiel schrijven van je ideale klant en daar bouw je het kader om heen.
Dan heb je nog een heel segment klanten om te bedienen en de aandacht te geven die ze verdienen. En dan moet je sommige klanten naar een collega verwijzen. Bijvoorbeeld een ondernemer doorsturen naar een adviseur die zich daarin gespecialiseerd heeft.
Even wennen aan het idee, binnenkort maar eens gaan lunchen met de ideale klant van dit seizoen. Bel maar even als je terug bent uit Spanje.




maandag 23 mei 2016

Kenau

Wij zijn op Texel. Herman, de honden en ik. Een nat en winderig Texel. Maar dat maakt niet uit, we hadden rust nodig en dat hebben we. Die honden vinden het strand enig, weer of geen weer. dus we beginnen de dag met een stevige strandwandeling. Daarna duik ik achter de laptop want ondernemer ben je 24/7 tenslotte.
Als ik de noodzakelijke werkzaamheden achter de rug heb gaan we relaxen. We lezen, kijken naar een moord, drinken een drankje en zitten bij te komen van een onrustig jaar.
Ik ben voordat Herman, Casper en Carlie in mijn leven waren al eens op Texel geweest. Met kennissen, Judith en Bart.
Ik ben een ontzettende lange week met ze mee geweest, ik denk dat het in 1999 of 2000 was.
Het was voornamelijk gezellig. Het was zo gezellig dat ik de gezellige uren telde dat ik nog moest.
Niet lang na deze eindeloze week verloren we elkaar uit het oog.  Een paar jaar later hoorde ik van een gemeenschappelijke kennis dat Judith overleden was.
Bart was gewend onder leiding van Judith zijn levenspad te bewandelen (zie gezellig). Als Bart zelf, helemaal zelfstandig iets probeerde te doen, riep Judith: "Dat kan hij niet". Het is dus niet verwonderlijk dat Bart niets meer probeerde. Hij at als Judith honger had, deed een vest aan als Judith het koud had en dronk als Judith dorst had.

Het is dus niet vreemd dat Bart na het overlijden van Judith volkomen ontredderd was. Hij moest zelf beslissen wanneer hij iets at of dronk. Een paar maanden na het heengaan van Judith kwam ik Bart tegen.
Ik had met hem te doen en nodigde hem uit voor een drankje bij mij thuis. De Schnauzer leefde nog, dus we gingen ook wel eens wandelen met de drie honden.

Voor mij was het medelijden met een eenzame man, voor Bart was ik een teken door Judith gezonden. Zonder dat ik me ervan bewust was had Bart voor ons samen een toekomst gepland. Ik zou mijn huis verkopen en compleet met honden bij Bart intrekken, Nou ja, bij Bart, meer in de door Judith ingerichte bonbonnière met veel roze en gebloemde meubels. Voor Bart zou het leven doorgaan, hij had in mij een vervangende kenau gevonden.  Deze kenau was niet gecharmeerd van dat idee en het heeft de nodige moeite gekost Bart daarvan te overtuigen. Bart huilde en smeekte, binnen een paar weken was ik voor Bart onmisbaar geworden.
Ik heb met veel tact en begrip geprobeerd Bart duidelijk te maken dat ik voor ons samen geen toekomst zag. Aangezien ik op deze manier niet doordrong was ik gedwongen mij met duidelijke taal van Bart te bevrijden.

Zoals gezegd zijn wij op Texel. We waren in de Texelse Jumbo en terwijl Herman nog even bij de inpandige slijter binnenliep stond ik met de Albert Heijn tas geparkeerd in de hal van de Jumbo.
Uit de slijterij kwam een stevige dame op leeftijd, daarachter sjokte een mager, ouder mannetje.
Het mannetje mompelde iets, de vrouw draaide zich even om, pakte het mannetje bij de arm en ze zei met luide stem: "Kom Bart, doe eerst je jas dicht, pak de boodschappentas en dan gaan we eerst iets eten en nee, je krijgt geen jenever, we drinken thee".

En daar ging Bart, hij heeft zijn vervangende kenau gevonden. Gelukkig maar.