Vanmiddag was het laatste onderzoek op de afdeling Cardiologie in
het Flevo. Dit was een verlengde bloeddrukmeting. Ik werd door de mij inmiddels
bekende Anita (zij had vorige week de plakkers op mijn borst geplakt) in een
kamertje gezet en aangesloten op een bloeddrukmeetgeval.
Elke paar minuten begint dat apparaat venijnig in je bovenarm te
knijpen en geeft op zijn schermpje wat cijfertjes weer.
Ik had mijn e-reader meegenomen, het boek waar ik mee bezig ben is
zo spannend dat het mij bloeddruktechnisch wat beter leek om het boek maar even
opzij te leggen.
In zo'n kamertje is trouwens genoeg te zien. Op de tafel naast mij
stond een bakje met tijdschriften, iemand had voor alle zekerheid met een
dymotang een plakkertje gemaakt met "tijdschriften" erop, zodat daar
geen onduidelijkheid over kan bestaan. Het zal je toch gebeuren dat er
formulieren terecht komen in een bakje dat voor de tijdschriften bedoeld is. Op
dezelfde tafel stond een bakje met suikerzakjes en een met melkcupjes. Beide
voorzien van dymotang etiketjes, zodat niemand het in zijn hoofd haalt de
inhoud van de bakjes te verwisselen.
De deur van het kamertje stond open, ik hoorde allerlei flarden
van fascinerende gesprekken over pacemakers enzo, jammer dat ik niemand kon
zien want ik zat achter een gordijntje. Aan het eind van het kamertje was een
keukenblokje. Een bijzonder blokje wel, twee boven-en twee onderkastjes. Alle
kastdeurtjes waren anders. Zouden ze dat leuk gevonden hebben of was dat
goedkoper (hebben ze gewoon de kastdeurtjes die over waren gebruikt)? Terwijl
ik me daar in zat te verdiepen viel mijn oog op een A-viertje dat in een
plastic mapje op het ene kastdeurtje was geplakt, hierop stond ongeveer de
volgende tekst:
Bel in noodgevallen nummer 1234
Dan komt een collega je helpen
Bel dan het reanimatieteam
BEGIN MET REANIMEREN
Nou, dat is best confronterend als je daar aan een apparaat
gekoppeld zit dat aldoor in je arm knijpt. Vervolgens bedacht ik dat er best
iemand binnen zou kunnen komen, die een hand op mijn mond legt en me vervolgens
wurgt. Niemand zou iets merken achter dat gordijn. Rot ook voor Anita, stel je
voor dan komt ze op haar degelijke slippers binnenstruinen, leest het A-viertje,
belt het noodgevallennummer, begint
te reanimeren, maar helaas. Gelukkig doktoren genoeg die de doodsoorzaak
kunnen vaststellen en de knapste zoekt mijn hartslag, richt zich op, schudt
zijn hoofd en zegt: "bel de politie". Ik heb een morbide fantasie, ik
weet het. Ik denk toch dat ik dit gegeven ga uitwerken voor een literaire
thriller.
Nou dat is dus allemaal niet gebeurd, wel kwam Anita binnen,
koppelde mij los en ik mocht weer naar Herman. Even later kwam de Cardioloog
ons halen.
En lieve vrienden, alles is goed. Het moest gecontroleerd worden
gezien de familiegeschiedenis.
Bloeddruk was vorige keer te hoog en nu goed (ondanks mijn
moordgedachten), cholesterol was goed, zelfs de inspanningstest was naar
tevredenheid (dankzij de honden en de dagelijkse wandelingen).
Het was toch een combinatie van spanningen en vermoeidheid. Soms
is een harde zekerheid beter dan onzekerheid. Want zei de cardioloog
tactvol:" U bent gevoelig voor spanningen."
Het leek me beter niet om de zaak heen te draaien en ik zei
bevestigend:" Ja, ik ben een stresskip",
Ja, zei de charmante cardioloog:" U bent een
stresskip". Stress doet hele rare dingen met een mens.
Dit was het laatste deel van mijn avontuur op Cardiologie. Ik
begin duidelijk bij te komen en voel me wat beter, ik ben niet vermoord en heb
weer vertrouwen in de toekomst.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten